‘De verrijzenis is niet voor later, ze begint nu’

Klapstoel
Lode Van Hecke
Bisschop van Gent

„Het was als in de catacomben. Met z’n vijftienen, bij valavond en met gesloten deuren. Dat is het omgekeerde van wat Pasen betekent”, blikt de bisschop van Gent terug op zijn eerste paasvieringen in coronatijd. „Het dwingt je tot nadenken. Wat betekent God in m’n leven? Want de verrezen Heer is altijd aanwezig. Dat is de vreugdevolle boodschap van ons geloof.”

Veertig dagen zonder vlees, een maand zonder alcohol, koffie of suiker. Onze samenleving is creatief in het uitdenken van manieren om te vasten. „Ik onderken daarin positieve elementen. Het is een weg om menselijker te worden,” meent de voormalige abt van de trappisten in Orval, „maar verschilt grondig van het christelijke vasten. Dat gaat niet zozeer om wat je je ontzegt, maar om een fundamentele bekering naar God. Niet als vlucht uit deze wereld, wel om er met een extra kracht in te staan, gedragen door God.”

Lode Van Hecke: „Meer dan om wat je je ontzegt, gaat vasten over de fundamentele bekering naar God.” © Kristof Ghyselinck
Lode Van Hecke: „Meer dan om wat je je ontzegt, gaat vasten over de fundamentele bekering naar God.” © Kristof Ghyselinck

– De vasten duurt veertig dagen. Is dat te veel gevraagd in een samenleving waarin alles ‘instant’ moet?
Het is geen toeval dat de vasten lang duurt. Vasten gaat over bekering en dat vraagt tijd. Onze samenleving focust evenwel op het meer, sneller, meteen. We lopen warm voor punctuele acties vandaag, morgen zijn onze gedachten elders. Dat druist in tegen de geest van het geloof dat een uitkijken is naar de toekomst.
Toekomst is niet datgene wat ik zelf maak, maar wat naar me toekomt. We geloven dat God absoluut is, maar we vergeten eraan toe te voegen dat al de rest relatief is. Terwijl dat juist bevrijdend is. Hoe groot de problemen ook zijn, ze zijn steeds relatief. Wie zich gedragen weet door God heeft als het ware steeds een extra troef achter de hand. Zo’n geloofshouding biedt kracht in een samenleving die veel wanhoop kent. Mensen maken zich zorgen over waar het naartoe gaat met onze wereld. Dat als mens dragen, is onnoemelijk zwaar. Als christen leven we echter niet enkel als godgelovige mensen, maar ook als verloste mensen.
De verrijzenis staat centraal in het christendom en zou ook de kern van de vastentijd moeten zijn. Bekering is aanvaarden dat ik verlost ben. De verrijzenis is niet voor later, ze begint nu. We denken al te vaak dat we de verlossing nog moeten verdienen, ten onrechte. Vanuit ons geloof mogen we leven als verloste mensen. Dat kan enkel maar een reden tot vreugde zijn. Ik ben al aanvaard door God zoals ik ben, ik moet alleen nog in zijn armen willen vallen. En van daaruit leven.
– Te biecht gaan doen we niet meer vaak. Is de biecht het kneusje onder de sacramenten?
Ouderen hebben vaak slechte herinneringen aan de overdosis verplichte biechtvieringen. Ik begrijp dat. Ik maak een vergelijking. Ik ben een makkelijke mens wat eten en drinken betreft, behalve in één geval. Ooit serveerden Syrische vrienden me arak. Ik meende dat het water was, maar het was pure alcohol met anijssmaak. Ik was er zo ziek van. Ik heb nog altijd een afkeer van anijs wegens die slechte ervaring.
We moeten dringend af van de restanten van een culpabiliserend katholicisme met een „Broederlijk Delen is de Kerk op het terrein” overdosis biechtvieringen. Ze bevorderden het schuldbesef, waarbij het om mezelf gaat en het niet kunnen voldoen aan mijn droombeeld, terwijl het in het geloof net draait om zondebesef. Het gaat om God, die Liefde is, en het besef dat ik door mijn doen of laten Hem op het hart heb getrapt.
Toch mogen we niet het kind met het badwater weggooien. We moeten opnieuw de ware zin van het sacrament van de biecht ontdekken, dat net heel bevrijdend kan zijn, omdat het gaat om bekering. Jongeren staan daar meer open voor en ontdekken de biecht op een nieuwe manier, ervaar ik tijdens de gebedsdagen voor jongeren Orval Jeunes en Prière.
– De ramadan valt dit jaar gedeeltelijk samen met de christelijke vasten. Vandaag lijken mensen meer te weten over de islamitische vastenmaand dan over de veertigdagentijd. Moeten we als vastende katholieken meer ons gezicht laten zien?
Toch wel. Dankzij de ramadan, duidelijk zichtbaar in het straatbeeld, is er meer aandacht voor de veertigdagentijd. Jongeren stellen vragen. Wat doen jullie? Vandaag willen mensen zien waarvoor je staat. Men wil de vijf zintuigen opnieuw gebruiken. Als Kerk worden we uitgedaagd te zoeken naar meer of nieuwe zichtbare vormen van vasten, als correctie op de huidige al te spirituele invulling, maar zonder te vervallen in het formalisme van vroeger. Moslims kunnen ons inspireren.
– De veertigdagentijd is vanouds de campagnetijd voor Broederlijk Delen. Hebben we er nog oren naar om broederlijk te delen of is dat een steentje in onze schoen?
Vandaag zijn we geneigd vooral bezig te zijn met onze eigen zaken. Le repli identitaire, klinkt dat zo mooi in het Frans. Op zoek naar de eigen identiteit valt men terug op zichzelf. Dat is gevaarlijk. Als mens, katholiek of niet, moeten we verder kijken, over de eigen grenzen. Het is de verdienste van Broederlijk Delen dat het onze blik op het globale Zuiden richt en duidelijk maakt dat problemen in andere werelddelen geen ver-van-mijn-bedshow zijn, maar onze blijvende aandacht verdienen, ook als ze geen ‘nieuwswaarde’ meer hebben. Broederlijk Delen zou je de Kerk op het terrein kunnen noemen.

Lees meteen verder

Ik ben nog geen abonnee

Word abonnee
voor €45
tot eind 2024

Registreer je hier