Op zoek naar God in de eenzaamheid

Cultuur

Celibaat schetst ontroerend en ontnuchterend portret van de kruisheren van Sint-Agatha

Documentairemaker Daan Jongbloed (rechts) trok zeven weken in bij de kruisheren in Sint-Agatha.  © Daan Jongbloed
Documentairemaker Daan Jongbloed (rechts) trok zeven weken in bij de kruisheren in Sint-Agatha. © Daan Jongbloed

De camera betreedt het klooster als een voorzichtige indringer, glijdt langs deurposten en kijkt binnen. De kapel is leeg, in de kamers trekt een pater een korte broek aan en scheert een andere zich, de scheerspiegel op de smalle vensterbank. Zeven zomerweken lang had de Nederlandse documentairemaker Daan Jongbloed zelf een bed in het oudste nog bewoonde klooster van Nederland, in het Noord-Brabantse dorp Sint-Agatha. Het resultaat, Celibaat, is een langzaam zwart-witportret van vier kruisheren, twee Nederlanders en twee Vlamingen en geboren in vier verschillende decennia.
De film vertrekt bij ingetogen stilte, versterkt door een eindeloos tikkende klok, en tussen de interviews in puurt Jongbloed poëzie uit alledaagse handelingen zoals het zetten van de tafel, maar nergens verbloemt dat de levensechte en soms ontroerende, rauwe of ongemakkelijke inhoud van de gesprekken.
Jongbloed maakte eerder Boer Peer, over een bejaarde kluizenaar met acht koeien op een vervallen boerderij. „Ik denk dat ik plekken opzoek waar een ongebruikelijke sfeer hangt die ik kan vangen”, zegt hij. In dit geval benaderde hij verscheidene kloosters, die de camera niet wilden toelaten, tot hij bij de kruisheren belandde. „Ik had verwacht dat ze zouden prediken, dat ik belerende priesters voor de lens zou krijgen. Tot mijn verrassing spraken ze echter vanuit het jongetje dat nog in hen zat en vanuit hun persoonlijke worsteling. Ik lees me bewust niet in over de onderwerpen die ik in beeld breng. Misschien creëert net die naïviteit een opening?”
Ondanks de titel gaat de documentaire lang niet enkel over het aspect van de seksuele onthouding. Eerst laat Daan Jongbloed de vier kruisheren bijvoorbeeld vertellen over hoe ze „Ik had verwacht dat de paters zouden prediken, maar ze antwoordden vanuit hun worsteling” in het klooster belandden. De verhalen lopen opmerkelijk uiteen. Terwijl zestiger Edgard Claes het heeft over het onvermijdelijke, maar grondig overdachte besef dat niet hij, maar God zijn levenspad uitstippelde, alsof hem een donkere wolk tegemoetkwam en de juiste, verlossende reactie bleek om door de knieën te gaan, stelt zeventiger Joe Op de Kamp simpelweg dat hij in het klooster in Diest een thuis zocht en vond.
Even uiteenlopend zijn de passages over de relatie van de kruisheren met God. Twee van hen weten die trefzeker en beeldend onder woorden te brengen, twee anderen stellen vooral vast dat Hij vaak erg ver weg is. „Het geloof kent hoogtes en laagtes. En soms ga je door op automatische piloot”, klinkt het en meermaals komt het concept van het ‘verdragen’ naar boven, onder meer van tijdelijke leegte of eenzaamheid. Door zijn areligieuze achtergrond vat de filmmaker misschien niet hoe hij hier een voor heel wat gelovigen herkenbaar beeld schetst. Voor mensen met een idealistisch beeld van kloosters en kloosterlingen kan Celibaat dan weer een ontnuchterend effect hebben.
Het bedachtzame spreken van de paters contrasteert sterk met de manier waarop Daan Jongbloed, steeds buiten beeld, wat bruusk zijn vragen afvuurt. De film werd aangekondigd met de stelling dat Jongbloed de paters aan het praten krijgt over het celibaat, waar ze het anders zelden tot nooit over hebben. Dat klopt, maar er is meer. Terwijl het aanvankelijk lijkt alsof Jongbloed en zijn camera als een vlieg op de muur het klooster binnenkwam, veroorzaakten zijn aanwezigheid, aandacht en belangstelling wel degelijk een fundamentele verandering in het leven van een van de paters. Ook dat element maakt Celibaat interessant. (jvh)

Lees meteen verder

Ik ben nog geen abonnee

Krijg 1 maand toegang
voor €5
OF

Word abonnee
voor €45
tot eind 2024

Registreer je hier