(Niet) te benijden

Standpunt

”Al te vaak gaan we er vlotjes van uit dat ‘de jeugd van tegenwoordig’ egoïstischer is, onbeleefder, gemakzuchtiger of materialistischer dan wij dat ‘in onze tijd’. Ironisch genoeg vinden alle generaties dat van de vorige. De huidige jongeren zijn natuurlijk niet fundamenteel beter of slechter dan wij eertijds. De wereld waarin ze leven is wel ingrijpend veranderd en daar dragen zij de gevolgen van, zowel de positieve als de negatieve. Daarom vind ik de jeugd soms te benijden en soms absoluut niet.
Ze zijn te benijden, de jongeren van tegenwoordig. Geen enkele generatie had ooit meer mogelijkheden en kansen. Ze kunnen langer studeren, in elke denkbare studierichting. Op je veertiende gaan werken, is er niet meer bij. Ze hebben een vlottere toegang tot kennis en informatie, vaak gratis en gewoon via hun laptop of telefoon.
Bovendien ligt de wereld aan hun voeten. Ze kunnen verder reizen dan ooit tevoren, naar werkelijk elke plek De vraag tot welk geheel je mag behoren, is bevrijdend op aarde, desnoods naar de Zuidpool. Vliegtuigtickets zijn spotgoedkoop. Het reisaanbod is eindeloos. Ze hoeven zich zelfs niet fysiek te verplaatsen, want het internet brengt hen overal virtueel. Via Google Street View lopen ze door een straat in Calcutta, Bogota of Wellington. Via sociale media maken ze een praatje met vrienden in Hongkong of Houston. Via Erasmus+, het Europese onderwijsprogramma, studeren ze in Helsinki of Coimbra, maar net zo goed in een ander werelddeel.
Toch zijn ze niet te benijden, de jongeren van tegenwoordig. Ze zijn minder talrijk dan vroeger, maar torsen zwaardere verwachtingen. Als er vroeger één kind per familie doorstudeerde, was dat een succes. Nu verwachten we dat elk kind een bolleboos is. Iedere jongere moet een uitblinker zijn, ‘het maken’ in het leven, de hoge verwachtingen inlossen. De middelmaat volstaat niet meer. Iedereen beroemd of succesvol, minder is ondenkbaar.
Daardoor leggen jongeren ook zichzelf een zware druk op. Op Facebook en Instagram worden ze overspoeld door foto’s en verhalen van mensen die schijnbaar succesrijk zijn in alles wat ze ondernemen. Dat is fake natuurlijk, maar het lijkt zo echt. Het leven moet elke dag spannend, avontuurlijk, hip, glorieus en buitengewoon zijn, zo wordt hen ingeprent. Dus zijn ze permanent op zoek naar hun plaats in de wereld. Niet zomaar een plekje, maar een unieke plaats die de ultieme vervulling is van hun persoonlijkheid en talenten, hun dromen en verwachtingen. Die plaats blijkt doorgaans niet te bestaan, met twijfels en frustraties tot gevolg. Nooit waren er meer jongeren met een inzinking, depressie of zelfs zelfmoordgedachten. We jagen onze jeugd tot de rand.
De wereld die we hun bieden is te veel gericht op zelfbeeld, te weinig op wereldbeeld. De vraag wat je individuele plaats is, is verpletterend. De vraag tot welk geheel je mag behoren, is bevrijdend. Dat laatste moeten we jonge mensen opnieuw bijbrengen. Je hoeft geen topper te zijn, je mag deel uitmaken van een groter geheel. Je hoeft niet alles zelf te dragen, we zijn met velen om mee te dragen. Verderop in dit nummer zegt psychiater en filosoof Steve Alexander Velleman daarover: „Ooit zagen we onszelf als deel van Gods schepping, maar die gedachte werd gaandeweg verdrongen door het beeld van de mens die losstaat van de werkelijkheid en haar controleert.”
Deel uitmaken van een groter geheel is een belangrijk aspect van het christendom. Alle gelovigen vormen samen één grote gemeenschap. Al van bij je geboorte, nog vóór je iets hebt gepresteerd, ben je al kind van God en broer of zus van de mensen. Oef, ik ben al waardevol, louter door mijn bestaan. Ik mag geloven in een verhaal dat groter is dan het mijne. Er is Iemand die tijdloos en universeel van me houdt. Een geruststellende gedachte in rusteloze tijden.”

Lees meteen verder

Ik ben nog geen abonnee

Krijg 1 maand toegang
voor €5
OF

Word abonnee
voor €45
tot eind 2024

Registreer je hier