Op weg gaan naar een dienende en nederige Kerk

Column

De getuigenissen in ons dossier, Hoe moet het nu verder met de Kerk na alle schandalen? (bladzijden 12 en 13), liegen er niet om. De schokgolf die onze Kerk teistert sinds de bekentenissen van de voormalige bisschop van Brugge, Roger Vangheluwe, veroorzaakte bij velen gevoelens van verbijstering en onbegrip, wanhoop en woede, alsook veel stil verdriet. Toch groeit binnen de geloofsgemeenschap tegelijk de hoop dat de Kerk uit deze crisis de nodige lessen trekt en zich bekeert tot een mensvriendelijke gemeenschap waarin Gods liefdevolle aanwezigheid de gelovigen aanspreekt in hun diepste verlangens naar bevrijding en vervulling.
<br>Toegegeven, dat zijn mooie woorden die, in het licht van de gebeurtenissen van de afgelopen decennia, niet zonder reden bij velen een wrange nasmaak nalaten. Niet toevallig verwijzen sommigen naar 1968, het jaar waarin paus Paulus VI Humanae vitae publiceerde. Die encycliek sloeg zowel binnen als buiten de Kerk in als een bom. Velen hoopten destijds immers op een soepeler houding van Rome tegenover geboortebeperking en voorbehoedmiddelen. Het bleek een ijdele hoop en de gevolgen waren catastrofaal. Velen keerden de Kerk de rug toe, anderen beriepen zich op het individuele geweten. Met als gevolg dat veertig jaar later weinigen zich nog iets van de seksuele moraal van de Kerk aantrekken. Bovendien zagen veel priesters destijds in Humanae vitae het einde van het Tweede Vaticaans Concilie en ze traden uit. De vrees van sommigen dat zich nu een gelijkaardige reactie voordoet – waarbij individuen en/of geloofsgemeenschappen afhaken of hun eigen gang gaan –, is dan ook begrijpelijk.
<br>Zowel wat intensiteit als gevolgen betreft, zijn beide crisissen evenwel moeilijk vergelijkbaar. Zeker is dat de huidige crisis het hart van de Kerk raakt. Ze confronteert ons niet alleen met het perverse gedrag van sommige bedienaars ervan, ze illustreert ook pijnlijk hoe de Kerk tot vóór enkele decennia in de ban was van een klerikale zelfverzekerdheid waardoor macht en gezag het wonnen van dienstbaarheid. De grote uitdaging waar ze nu voor staat, is opnieuw een dienende en nederige Kerk te worden. Haar allereerste opdracht bestaat erin Gods liefde en tederheid tastbaar te maken en die aan elkaar door te geven.
<br>Het lijdt geen twijfel dat het Vaticaan zich moet buigen over de vraag of dat binnen het gangbare hiërarchische model wel kan. Berust de relatie met de plaatselijke Kerken en met de gelovigen niet te veel op angst voor verandering en te weinig op vertrouwen? Uiteraard zal de evangelische boodschap altijd een teken van tegenspraak zijn – zeker in een tijd die de autonomie van het individu en het materiële gewin hoog in het vaandel voert –, maar dat betekent niet dat de geseculariseerde samenleving geen positieve ontwikkelingen kent die onze wereld beter en humaner maken. Als de Kerk daar niet op inspeelt, dreigt ze eens te meer een historische kans te missen.
<br>Niet alleen Rome, maar ook wij, individuele gelovigen, moeten ons bezinnen over de vraag of we voldoende bereid zijn Jezus na te leven. Het is al te makkelijk te schimpen op het instituut Kerk. De Kerk is niet alleen de paus en/of het Vaticaan. Kerk en geloof zijn onlosmakelijk verbonden met de gemeenschap van gelovigen die ons uitdaagt beeld van God te zijn in de liefde voor elkaar. Dat betekent: elkaar nabij zijn, elkaar troosten en steunen, in goede en slechte tijden. Dat geldt des te meer in deze crisistijd. Dat de Kerk in haar tweeduizendjarige bestaan al veel grote crisissen heeft overwonnen, komt doordat er telkens weer mannen en vrouwen opstonden die het tij keerden. Soms ten koste van hun eigen leven. Neen, dit is niet het moment om onze verantwoordelijkheid te ontlopen.
<br>

Lees artikel

Lees meteen verder

Ik ben nog geen abonnee

Word abonnee
voor €45
tot eind 2024

Registreer je hier