Zappende kiezers en ‘hoopgevers’

Column

Een van de opmerkelijkste vaststellingen na de toch wel historische stembusgang van 13 juni is – naast de overweldigende overwinning van Bart De Wevers N-VA – dat in Vlaanderen de drie grote traditionele politieke partijen (CD&V, Open VLD en SP.A) samen niet eens de helft van het aantal stemmen haalden. Dat is totnogtoe het meest sprekende bewijs van het failliet van de klassieke ideologieën van de voorbije decennia, met uitzondering van het Vlaams-nationalisme. Concreet betekent dit dat er geen christendemocratisch, liberaal of socialistisch draagvlak meer is waarmee een groot deel van de bevolking zich kan identificeren.
<br>De gevolgen daarvan bij de stembusgang zijn niet te onderschatten. Zolang grote politieke partijen met hun ideologie een achterban wisten te mobiliseren, konden ze – desnoods met betogingen – maatschappelijke ontwikkelingen afremmen of blokkeren. Niet één traditionele partij blijkt daar nog toe in staat. Partijloyaliteit is een ijdel woord geworden. Met als gevolg dat individuen die hun misnoegen willen uiten, dat nu enkel kunnen doen door bij de verkiezingen van de ene partij naar de andere te zappen of een proteststem uit te brengen.
<br>Daarmee beweren we geenszins dat Bart De Wever en zijn N-VA hun eclatante verkiezingsoverwinning alleen te danken hebben aan proteststemmen. De Wevers afkeer van een slinkse en berekende politiek die uit eigenbelang tot alle compromissen bereid is, heeft ongetwijfeld veel Vlaamsgezinde kiezers aangesproken. Anderen lieten zich overtuigen door zijn vlotte tv-optredens. Maar net zoals het Vlaams Belang eertijds heel wat proteststemmen meekreeg waardoor zijn successen aandikten, kreeg ook de N-VA de erfenis van de voorbije drie jaren in de schoot geworpen. Het waren drie jaren waarin we van de ene crisis in de andere sukkelden en het land verzeild raakte in een uitzichtloze impasse.
<br>Niet toevallig zochten velen in die omstandigheden hun toevlucht bij een ‘sterke arm’ – zeker als die ook nog intelligent is en zijn visie met verve in een televisiedemocratie als de onze kan verkopen. In die zin belichaamde Bart De Wever voor een groot deel van de Vlaamse kiezers de hoop op verandering. Het valt daarbij op hoe doorslaggevend de personencultus is geworden, ook als het over de organisatie van de samenleving gaat. Even opvallend is het geloof in de kracht van het individu. Obama en De Wever, elke vergelijking loopt weliswaar mank, maar toch... Beiden fungeren als ‘hoopgever’ en hoop is altijd een remedie tegen onverschilligheid en apathie. Yes we can, een politicus die dat kan overbrengen, heeft altijd wat voor op de anderen. Want wie hoopt, komt in beweging.
<br>De Wever staat nu voor de moeilijke opdracht de hoop die hij heeft gewekt, waar te maken. Wie valse hoop wekt en de verwachtingen niet kan inlossen, wordt voor de publieke opinie immers al gauw ongeloofwaardig – dat weet Obama inmiddels ook al. In dat geval haakt de zwevende kiezer af, om bij de eerstvolgende verkiezing weer naar een andere partij te zappen.
<br>Bart De Wevers politieke tegenstanders staan er evenwel niet beter voor. Het verlies van CD&V uitsluitend toeschrijven aan de regeringsdeelname, lijkt iets te simpel. De partij moet zich dringend buigen over de vraag hoe de christendemocratie als idee kan overleven. Biedt CD&V een voldoende inhoudelijk alternatief om de band met de brede lagen van de bevolking te herstellen? Met welk programma hoopt ze een deel van de mensen terug te halen die bij andere partijen zijn beland? En hoe vormt ze mensen die zich voor de idealen van de christendemocratie willen openstellen? Emancipatiebewegingen uitbouwen, vergt meer dan alleen het importeren van ‘witte konijnen’.

Lees artikel

Lees meteen verder

Ik ben nog geen abonnee

Krijg 1 maand toegang
voor €5
OF

Word abonnee
voor €45
tot eind 2024

Registreer je hier