Was hij de enige die tot in de adolescentie gevolgen ervoer van zijn al te vroege start in het leven? Negen maanden nadat hij Cokoen boven de doopvont hield, weet Peter Swinnen, die in 1990 drie maanden te vroeg werd geboren, dat hij dat zeker niet is. „De verhalen van de lotgenoten zijn stuk voor stuk uniek, want een vroeggeboorte kan uiteenlopende gevolgen hebben”, zegt hij. „Het delen doet echter deugd. Het kan helpen om onze start op een positieve manier te laten doorwerken in ons leven.”
Pas nog nam een jonge vrouw contact op met Peter Swinnen. Maanden na datum was ze het artikel over de oprichting van Cokoen opnieuw gaan opzoeken. „Jij vertelde over de littekens van de naaldprikken op je hand en ik keek lachend naar de mijne”, schreef ze. Peter Swinnen daarover: „Iemand anders reageerde dat ze nooit had beseft waar de tekening op haar handrug vandaan kwam. Het sterkte me in de gedachte dat Cokoen zin heeft. We kennen een voorzichtige start, maar de verhalen en de herkenning zoeken wel degelijk hun weg.”
Cokoen, geno…