Euthanasiewet toe aan evaluatie

Op de voorgrond

Oproep groeit om euthanasiewet en werking euthanasiecommissie tegen het licht te houden

  • ‘Oprekken’ van grenzen euthanasiewet baart velen zorgen
  • Werkveld lanceert een brede petitie
  • Taboe smoort kritiek op ‘normalisering’ van euthanasie

Het ‘oprekken’ van de euthanasiegrenzen wekt bij steeds meer mensen onrust. © Belga Image
Het ‘oprekken’ van de euthanasiegrenzen wekt bij steeds meer mensen onrust. © Belga Image

Op 28 mei is de euthanasiewet zestien jaar oud. Tijd om, naar Nederlands voorbeeld waar de euthanasiewet van 2011 al drie keer is geëvalueerd, de Belgische wet tegen het licht te houden. Dat vindt onder meer Els Van Hoof (CD&V), die daartoe in de Kamer van Volksvertegenwoordigers een resolutie of aanbeveling indiende. De wet regelt waaraan een arts moet voldoen als hij euthanasie wil uitvoeren bij mensen die ongeneeslijk ziek zijn, ondraaglijk lijden en medisch uitbehandeld zijn. In 2014 is de wet uitgebreid naar oordeelsbekwame minderjarigen. Een evaluatie kan, volgens Van Hoof, de vinger leggen op knelpunten en meer duidelijkheid scheppen over de draagwijdte van de wet en grenzen trekken van wat is toegelaten en wat niet.
Het ‘oprekken’ van die grenzen naar personen met dementie en niet-terminale psychiatrische patiënten baart velen zorgen. „Alle criteria zijn zodanig voor interpretatie vatbaar dat, kort door de bocht gezegd, alles mogelijk is”, meent An Haekens, hoofdarts in de psychiatrische kliniek Alexianen Tienen. „Toch groeit het bewustzijn dat we op grenzen botsen. Er sterven mensen die niet hadden mogen sterven.” De toenemende ongerustheid blijkt uit open brieven van psychiaters, opiniestukken en uit de petitie op www.rebelpsy.be. An Haekens was mede-initiatiefnemer. „We houden de stemmen van de clinici – artsen, psychiaters, psychologen, psychotherapeuten – apart naast die van de burgers en de academici, want we willen tonen dat de bezorgdheid uit het werkveld komt”, zegt ze. Dat ook Zorgnet-Icuro, een netwerk van algemene ziekenhuizen en initiatieven uit de geestelijke gezondheidszorg en ouderenzorg, zich heeft uitgesproken voor een wetsaanpassing voor euthanasie bij niet-terminale psychiatrische patiënten, vindt An Haekens „een ontzettend belangrijk signaal”.
„De sacralisering of de normalisering van de euthanasie” stuit Willem Lemmens, ethicus aan de Universiteit Antwerpen, tegen de borst. „Het wordt gepropageerd „De controlecommissie is rechter en uitvoerder tegelijk” als een ideale dood”, zegt hij. „Tegelijk legt men een taboe op de kritiek en miskent men de bezorgde stemmen op diverse niveaus, te beginnen bij artsen op wie een morele druk ontstaat. Zij komen bij families, voor dewelke ze al jaren zorgen en waar euthanasie ter sprake wordt gebracht, vaak voor mensen die helemaal niet terminaal ziek zijn.”
Ook de houding tegenover niet-terminale psychiatrische patiënten slaat een zorgwekkende richting in, meent Willem Lemmens. „‘Uitbehandeld zijn’ is geen wetenschappelijke term”, zegt hij. „Het is niet iets wat je kunt vaststellen, zoals wanneer een kanker geen remedies meer heeft. Bovendien, zodra je een mogelijkheid tot levensbeëindiging binnenbrengt in de therapie, wijzigt dat de relatie tussen patiënt en therapeut totaal. Dan zeg je als therapeut: ‘U hebt gelijk, we kunnen niets meer voor u doen.’ Maar wat is ‘ongeneeslijk’ in de psychiatrie? Er kan immers een mildering optreden. De meeste psychiaters vinden dat je daarop moet blijven inzetten.”
Nog een struikelblok is de werking van de Federale Controle- en Evaluatiecommissie Euthanasie die moet nagaan of de toegepaste euthanasie volgens de wet is verlopen. An Haekens noemt het „problematisch” dat Wim Distelmans, oncoloog en palliatief arts aan het UZ Jette en „grote voorvechter van euthanasie, de controlecommissie voorzit. Bovendien zit hij in ULteam, het centrum voor Uitklaring van Levenseindevragen, waar mensen met psychisch lijden passeren. Hij beoordeelt in de commissie zijn eigen dossiers”. Willem Lemmens treedt haar bij: „De controlecommissie is rechter en uitvoerder tegelijk en wordt gedomineerd door een groep pro-euthanasiemensen. Zij zeggen dat de commissie is opgericht als ‘een buffer’ om te voorkomen dat de gerechtelijke instanties te snel zouden moeten optreden. Maar als de buffer een doofpot wordt en commissieleden zich niet vrijuit kunnen uitspreken, dan stellen er zich ernstige problemen.”

Lees meteen verder

Ik ben nog geen abonnee

Krijg 1 maand toegang
voor €5
OF

Word abonnee
voor €45
tot eind 2024

Registreer je hier